Het Openbaar Ministerie (OM) heeft 3,4 miljoen euro uitgegeven aan externe advocaten in een hoogopgelopen conflict over het verschoningsrecht van advocatenkantoor Stibbe. Het merendeel - ruim drie miljoen euro - ging naar landsadvocaat Pels Rijcken, zo blijkt uit documenten verkregen via de Wet open overheid.
Structurele Schending Verschoningsrecht
De zaak, die jarenlang voortsleepte, draaide om de toegang die opsporingsambtenaren hadden tot duizenden vertrouwelijke advocatenmails. Net als bij recente ontwikkelingen in de accountancysector rond transparantie en ethiek, kwam hier de integriteit van het rechtssysteem onder druk te staan.
Kostbare Juridische Strijd
Hoofdofficier Michiel Zwinkels erkent dat het om "hele grote bedragen" gaat. De zaak werd gelijktijdig op strafrechtelijk, civiel en bestuursrechtelijk niveau uitgevochten, wat leidde tot een complexe en kostbare juridische strijd die doet denken aan grootschalige overheidsoperaties die intensieve juridische begeleiding vereisen.
Gevolgen voor Rechtsstaat
De zaak heeft geleid tot een fundamentele herziening van hoe vertrouwelijke communicatie wordt beschermd. Waar voorheen het OM zelf bepaalde wat onder het verschoningsrecht viel, ligt deze bevoegdheid nu bij de onafhankelijke rechter-commissaris. Deze ontwikkeling in juridische transparantie sluit aan bij bredere trends, zoals we ook zien bij recente overheidsinitiatieven rond transparantie en verantwoording.
Lessen voor de Toekomst
Het OM heeft naar aanleiding van deze zaak verschillende maatregelen genomen, waaronder de oprichting van een stuurgroep met advocatuur en rechtspraak, en de introductie van 'reflectiekamers' voor grote strafzaken. De totale kosten van de Castor-zaak liggen vermoedelijk nog hoger dan de genoemde 3,4 miljoen euro, mede door de duizenden manuren die OM en FIOD aan de zaak besteedden.


